Apps beheren voor tenant- en analysebeheerders
Als u tenantbeheerder of analysebeheerder bent, kunt u apps tussen beheerde ruimten of zelfbeheerde (persoonlijke of gedeelde) ruimten verplaatsen, de eigenaar van apps wijzigen, apps verwijderen en laadschema's beheren.
Apps-overzicht
Om apps te beheren, gaat u naar de pagina Inhoud in het Beheer-activiteitencentrum en opent u het tabblad Apps. Het tabblad toont een tabel met informatie over de eigenaar, ruimte en grootte van de app. De grootte verwijst naar het basisgeheugengebruik van de app. U kunt ook bekijken wanneer de app voor het laatst is bijgewerkt en details weergeven over geplande gegevensladingen. U kunt sorteren op de kolommen Naam of Laatst bijgewerkt en filteren op Naam, Id, Eigenaar of Ruimte.
Selecteer Bron, Gepubliceerd of Gefaseerd in de vervolgkeuzelijst boven de tabel:
-
Bron toont apps die zich in persoonlijke of gedeelde ruimtes bevinden. Als tenantbeheerder of analysebeheerder kunt u in deze apps de volgende acties uitvoeren:
- Het laadschema van de app beheren
- De eigenaar van de app wijzigen
- De app naar een andere ruimte verplaatsen
- De app verwijderen
-
Gepubliceerd toont apps die zich in beheerde ruimten bevinden. Als tenantbeheerder of analysebeheerder kunt u in deze apps de volgende acties uitvoeren:
- Het laadschema van de app beheren
- De app naar een andere ruimte verplaatsen
- De app verwijderen
-
Gefaseerd toont apps die geen eigenaar hebben en niet tot een ruimte behoren. Gefaseerde apps zijn alleen zichtbaar voor tenantbeheerders en analysebeheerders. Als tenantbeheerder of analysebeheerder kunt u in deze apps de volgende acties uitvoeren:
- Een ruimte instellen voor de app
- De app verwijderen
De eigenaar van apps wijzigen
Als tenant- of analysebeheerder kunt u de eigenaar van een app wijzigen.
Doe het volgende:
- In het Beheer-activiteitencentrum gaat u naar Inhoud > Apps.
- Selecteer Bron.
- Selecteer één of meer apps en klik op Eigenaar wijzigen.
- Selecteer in het dialoogvenster Eigenaar wijzigen de gebruiker die u wilt toewijzen als de nieuwe eigenaar en klik vervolgens op Toepassen.
De ruimte van apps wijzigen
Als tenant- of analysebeheerder kunt u een app naar een andere ruimte verplaatsen.
Doe het volgende:
- In het Beheer-activiteitencentrum gaat u naar Inhoud > Apps.
- Selecteer Bron of Gepubliceerd.
- Selecteer één of meer apps en klik op Verplaatsen.
-
In het dialoogvenster Verplaatsen, selecteert u de ruimte waarnaar u de apps wilt verplaatsen en klikt u vervolgens op Bevestigen.
InformatieU hebt mogelijk hogere machtigingen nodig als u de ruimte van een app wilt wijzigen. Schakel indien nodig het selectievakje Verhoogde bevoegdheden verkrijgen in voorafgaand aan het bevestigen.
Verhoogde bevoegdheden zijn vereist als u niet de eigenaar van de app bent of u niet beschikt over de machtiging Kan beheren voor de huidige of de nieuwe ruimte. Deze machtigingen zijn tijdelijk en worden ingetrokken nadat de ruimtewijziging is voltooid.
De ruimte voor gefaseerde apps instellen
Als tenantbeheerder of analysebeheerder kunt u een ruimte voor gefaseerde apps instellen.
Doe het volgende:
- In het Beheer-activiteitencentrum gaat u naar Inhoud > Apps.
- Selecteer Gefaseerd.
- Selecteer één of meer apps en klik op Ruimte instellen.
-
In het dialoogvenster Ruimte selecteren, selecteert u de ruimte waaraan u de apps wilt toevoegen en klikt u vervolgens op Bevestigen.
Geplande ladingen van app-gegevens beheren
Door een app te laden, wordt deze bijgewerkt met de laatste gegevens uit de gegevensbronnen van de app. U kunt apps handmatig laden vanuit activiteitencentra of automatisch op basis van een schema.
Als tenantbeheerder of analysebeheerder kunt u laadschema's bekijken en verwijderen uit het Beheer-activiteitencentrum. U kunt de tijd bekijken van de laatste lading en de volgende geplande lading. Ook kunt u laadschema's maken en bewerken als u beschikt over de juiste machtigingen in de ruimten waarin de apps en gegevensbronnen zijn opgeslagen.
Raadpleeg App-gegevens laden voor gedetailleerde informatie over laadschema's evenals de beperkingen en overwegingen bij het werken met schema's. Voor informatie over de machtigingen die zijn vereist om gegevens opnieuw te laden, gaat u naar Machtigingen in gedeelde ruimtes beheren en Rechten in beheerde ruimtes beheren.
De status van laadschema's van apps bekijken
De kolom Planning in de app-tabel toont de status van een laadschema van een app. Een lege kolom betekent dat de app geen laadschema heeft. De planningsstatussen zijn als volgt:
-
Gepland: de app heeft een ingeschakeld laadschema. Ga met de muiscursor op deze status staan om de tijdstempel te bekijken van de laatste lading en de volgende geplande lading.
-
Schema is uitgeschakeld: de app heeft een schema dat momenteel is uitgeschakeld. Ga met de muiscursor op deze status staan om de tijdstempel te bekijken van de laatste mislukte laadpoging. Een laadschema wordt uitgeschakeld nadat het uitvoeren vijf keer op rij is mislukt.
Laadschema's maken of bewerken
Tenantbeheerders en analysebeheerders met de juiste ruimtemachtigingen voor een app en de gegevensinhoud ervan, kunnen nieuwe laadschema's maken of een bestaand laadschema bewerken. Het schema kan gebaseerd zijn op frequentie, datum, tijd of op het moment dat een gegevensverzameling in de app wordt vernieuwd.
Doe het volgende:
-
In het Beheer-activiteitencentrum gaat u naar Inhoud > Apps.
-
Selecteer Bron of Gepubliceerd en zoek de app waarvoor u een laadschema wilt toevoegen of bewerken.
-
Klik op en selecteer vervolgens Laadschema.
-
Als u een nieuw schema toevoegt, klik dan op Schema toevoegen in het dialoogvenster Laadschema.
-
Configureer een nieuw laadschema of bewerk het bestaande schema.
Voor gedetailleerde informatie over het configureren van laadschema's gaat u naar App-gegevens laden.
-
Klik op Opslaan.
Eigendom van laadschema's
Een tijdgebaseerde, geplande lading wordt uitgevoerd namens de gebruiker die de eigenaar is van het laadschema, in plaats van de eigenaar van de app. De eigenaar moet de juiste toegangsmachtigingen hebben voor de app en de gegevensbronnen om het laadschema uit te kunnen voeren. Bepaalde acties resulteren in wijzigingen in wie eigenaar is van het laadschema. De eigenaar van het laadschema wordt bepaald door de volgende regels:
-
Als u een laadschema maakt voor een app die eerder geen laadschema had, wordt u de eigenaar van dat laadschema.
-
Als een andere gebruiker een bestaand laadschema bewerkt of opslaat, wordt deze gebruiker eigenaar van het laadschema.
-
Als een andere gebruiker het load-script van de app wijzigt door bewerkingen te doen in de editor voor het laden van gegevens (of gegevens in Gegevensbeheer te laden), wordt deze persoon in de meeste gevallen eigenaar. Maar als deze gebruiker al de meest recente gebruiker is die het load-script bewerkt, wordt het eigendom van het schema niet overgedragen naar deze persoon.
-
Wanneer de distributielijst van de app wordt gemaakt of aangepast, doordat een bronbestand wordt geüpload in de sectie Rapportage of door het load-script handmatig te bewerken, wordt het load-script bewerkt. Als u dit doet en u niet de meest recente bewerker van het load-script bent, wordt u de nieuwe eigenaar van het schema voor opnieuw laden (als deze aanwezig is). Als u al de meest recente bewerker van het load-script bent, wordt het eigendom van het schema niet naar u overgedragen.
Laadschema's verwijderen
Tenantbeheerders en analysebeheerders kunnen bestaande laadschema's verwijderen in het Beheer-activiteitencentrum.
Doe het volgende:
-
In het Beheer-activiteitencentrum gaat u naar Inhoud > Apps.
-
Zoek de app waarvan u het laadschema wilt verwijderen.
-
Klik op en selecteer vervolgens Laadschema.
-
In het venster Laadschema klikt u op Verwijderen.
Apps verwijderen
Als tenantbeheerder of analysebeheerder kunt u apps verwijderen.
Doe het volgende:
-
In het Beheer-activiteitencentrum gaat u naar Inhoud > Apps.
- Selecteer Bron, Gepubliceerd of Gefaseerd.
- Selecteer één of meer apps en klik op Verwijderen.
-
Schakel in het dialoogvenster Apps verwijderen het selectievakje in om de verwijdering te bevestigen en klik vervolgens op Verwijderen.