Ga naar hoofdinhoud Ga naar aanvullende inhoud

Gegevensverbindingen beheren voor beheerders

Als u een tenantbeheerder, analysebeheerder of gegevensbeheerder bent, dan kunt u gegevensverbindingen beheren in het Beheer-activiteitencentrum onder Inhoud > Gegevensverbindingen. Tenantbeheerders hebben toegang tot gegevensverbindingen in alle ruimten, analysebeheerders hebben alleen toegang tot gedeelde en beheerde ruimten en gegevensbeheerders hebben alleen toegang tot gegevensruimten.

Gegevensverbindingen

Het tabblad Gegevensverbindingen op de pagina Inhoud toont de gegevensverbindingen in de tenant, met de naam, eigenaar, ruimte, bijwerkings- en aanmaakdatum, en het type.

  • Beweeg met de muis over Informatie in de kolom Eigenaar om de details van de eigenaar te zien. Dit is handig om twee eigenaren met dezelfde naam uit elkaar te houden.

Als een gegevensverbindingstype niet langer wordt ondersteund, wordt dit type weergegeven als Verouderd en kan deze niet worden gebruikt.

InformatieGegevensverbindingen voor automatiseringen zijn niet aanwezig in de tabel Gegevensverbindingen.

Gegevensverbindingen verplaatsen

Een tenantbeheerder, analysebeheerder of gegevensbeheerder kan gegevensverbindingen verplaatsen in het Beheer-activiteitencentrum.

Een typisch voorbeeld van een situatie waarin u een gegevensverbinding wilt verplaatsen, is wanneer de eigenaar van een gegevensverbinding is gestopt en iemand anders eigenaar moet worden van de gegevensverbinding.

Een gegevensverbinding verplaatsen is van invloed op de apps die de gegevensverbinding gebruiken en de gebruikers van de app. U moet ervoor zorgen dat gebruikers van de app de apps kunnen blijven gebruiken nadat ze zijn verplaatst. Ladingen moeten mogelijk opnieuw worden gemaakt en referenties voor gegevensverbindingen opnieuw worden geactiveerd. Als u een gegevensverbinding verplaatst, moeten u (de beheerder) en de eigenaar van de gegevensverbinding minimaal beschikken over machtigingen voor bewerkingen in de ruimte waarnaar u de gegevensverbinding verplaatst.

Gegevensverbindingen kunnen van een gedeelde naar een beheerde ruimte worden verplaatst, en van een beheerde naar een gedeelde ruimte. Een tenantbeheerder, analysebeheerder of gegevensbeheerder kan een gegevensverbinding verplaatsen van elke soort ruimte waartoe ze toegang hebben naar hun persoonlijke ruimte.

Een gegevensverbinding naar een gedeelde ruimte verplaatsen

Om een gegevensverbinding naar een gedeelde ruimte te verplaatsen, moeten u en de eigenaar van de gegevensverbinding ook beschikken over één van de volgende ruimterollen in de gedeelde ruimte waarnaar de verbinding wordt verplaatst:

  • Eigenaar

  • Kan beheren

  • Kan bewerken

  • Kan gegevens bewerken in apps

Doe het volgende:

  1. In het Beheer-activiteitencentrum gaat u naar Inhoud > Gegevensverbindingen.

  2. Selecteer één of meer gegevensverbindingen.

  3. Noteer de gebruikers die eigenaar zijn van de verbindingen.

  4. Klik in de rechterbovenhoek op Verplaatsen

  5. Klik op het zoekvak en selecteer of zoek naar de doelruimte voor de gegevensverbinding.

  6. Klik op Verplaatsen.

    Als het verplaatsen is geslaagd, bent u klaar. Als u de volgende melding krijgt, ga dan verder met de resterende stappen.

  7. Open de sectie Ruimten en zoek naar de doelruimte voor de verplaatsing.

  8. Open het contextmenu voor de doelruimte en selecteer Leden beheren.

  9. Op de pagina Leden selecteert u Leden toevoegen.

  10. Filter op uw naam en selecteer Kan beheren, Kan bewerken of Kan gegevens bewerken in apps in de vervolgkeuzelijst.

  11. Filter op uw naam en selecteer Kan bewerken of Kan gegevens bewerken in apps in de vervolgkeuzelijst.

  12. Klik op Leden toevoegen.

  13. Bekijk de naam van de eigenaar van de gegevensverbinding die u gaat verplaatsen. Als deze gebruiker niet beschikt over de rol Eigenaar, Kan beheren, Kan bewerken of Kan gegevens bewerken in apps in deze ruimte, wijs hem dan een van deze rollen toe.

U moet nu in staat zijn om de gegevensverbinding te verplaatsen door de eerste drie stappen van de procedure uit te voeren.

Een gegevensverbinding naar een beheerde ruimte verplaatsen

Om een gegevensverbinding naar een beheerde ruimte te verplaatsen, moet u ook beschikken over één van de volgende ruimterollen in de beheerde ruimte waarnaar de verbinding wordt verplaatst:

  • Eigenaar

  • Kan beheren

De procedure voor het verplaatsen van een gegevensverbinding naar een beheerde ruimte is vergelijkbaar met die voor het verplaatsen naar een gedeelde ruimte. Het verschil tussen beide procedures is dat u en de eigenaar van de gegevensverbinding beschikken over de rol Eigenaar of Kan beheren in de beheerde doelruimte.

De eigenaar van een gegevensverbinding wijzigen

U kunt de eigenaar van een gegevensverbinding wijzigen in het Beheer-activiteitencentrum. Alleen een beheerder kan de eigenaar van een gegevensverbinding wijzigen in het Beheer-activiteitencentrum.

Alleen de eigenaar van een gegevensverbinding kan die verbinding wijzigen. Als een gebruiker die eigenaar is van een gegevensverbinding de tenant verlaat of ervan wordt verwijderd, kunt u deze gegevensverbinding alleen aanpassen als u de eigenaar wijzigt.

Als u de verbinding wilt gebruiken voor het laden of selecteren van gegevens, dan moet de nieuwe verbindingseigenaar de verbinding verifiëren door zijn aanmeldgegevens op te geven.

Doe het volgende:

  1. In het Beheer-activiteitencentrum gaat u naar Inhoud > Gegevensverbindingen.

  2. Selecteer één of meer gegevensverbindingen.

  3. Klik op Eigenaar wijzigen in de rechterbovenhoek.

  4. Klik op het zoekvak en typ de naam of het e-mailadres van de gebruiker die u wilt instellen als de nieuwe eigenaar van de verbinding. Selecteer de naam zodra deze verschijnt.

  5. Schakel het selectievakje in om te erkennen dat u begrijpt wat de mogelijke gevolgen zijn van het wijzigen van de eigenaar van de verbinding.

  6. Klik op Toepassen.

Indien nodig kan de nieuwe eigenaar van de verbinding de gegevensverbinding bewerken in de catalogus.

Vereiste ruimterollen

Een beheerder moet over één van de volgende ruimterollen beschikken in de ruimte waarin de verbinding zich bevindt om de eigenaar van een gegevensverbinding in een gedeelde ruimte te wijzigen:

  • Eigenaar

  • Kan beheren

  • Kan bewerken

  • Kan gegevens bewerken in apps

Een beheerder moet over één van de volgende rollen beschikken in de ruimte waarin de verbinding zich bevindt om de eigenaar van een gegevensverbinding in een beheerde ruimte te wijzigen.

  • Eigenaar

  • Kan beheren

Eigenaarschap bij het verplaatsen van gegevensverbindingen

Wat er gebeurt met het eigenaarschap van een gegevensverbinding hangt af van de vraag of u de gegevensverbinding wilt verplaatsen naar uw persoonlijke ruimte of een andere ruimte.

De gegevensverbinding naar uw persoonlijke ruimte verplaatsen

Als u een gegevensverbinding naar uw persoonlijke ruimte verplaatst, wordt u de nieuwe eigenaar van de gegevensverbinding. Door een gebruiker gedefinieerde referenties voor de gegevensverbindingen blijven behouden, andere referenties worden gereset en moeten opnieuw worden geverifieerd.

De gegevensverbinding verplaatsen naar een andere ruimte dan uw persoonlijke ruimte

Als u een gegevensverbinding verplaatst naar een andere ruimte dan uw persoonlijke ruimte, vinden er geen wijzigingen met betrekking tot het eigenaarschap plaats. De vorige eigenaar blijft de eigenaar en de referenties blijven intact. Als u echter een gegevensverbinding verplaatst waarvan de eigenaar is verwijderd, wordt u altijd de nieuwe eigenaar ongeacht waar u de gegevensverbinding naartoe verplaatst. De referenties worden gereset.

InformatieU kunt een gegevensverbinding niet naar de persoonlijke ruimte van een andere gebruiker verplaatsen.

Gegevensverbindingen verwijderen

Een gegevensverbinding verwijderen is van invloed op de apps die de gegevensverbinding gebruiken en de gebruikers van de app. Zorg dat gebruikers van de app op de hoogte worden gebracht en de noodzakelijke acties kunnen ondernemen.

Doe het volgende:

  1. In het Beheer-activiteitencentrum gaat u naar Inhoud > Gegevensverbindingen.

  2. Selecteer één of meer gegevensverbindingen.
  3. Klik in de rechterbovenhoek op Verwijderen.
  4. In het venster Gegevensverbinding verwijderen moet u het verwijderen bevestigen.
  5. Klik op Verwijderen.
TipU kunt ook het contextmenu gebruiken om een enkele gegevensverbinding te verwijderen.

Was deze pagina nuttig?

Als u problemen ervaart op deze pagina of de inhoud onjuist is – een typfout, een ontbrekende stap of een technische fout – laat het ons weten zodat we dit kunnen verbeteren!