Interval() maakt een getal op als een tijdsinterval met de opmaak die in de systeemvariabelen in het load-script voor gegevens, in het besturingssysteem of in een opmaakreeks is ingesteld, indien opgegeven.
Intervallen kunnen worden opgemaakt als een tijd, als dagen of als een combinatie van dagen, uren, minuten, seconden en fracties van seconden.
Syntaxis:
Interval(number[, format])
Retourgegevenstypen: dubbele waarde
Argumenten
Argument
Beschrijving
number
Het getal dat moet worden opgemaakt.
format
Tekenreeks die beschrijft hoe de resulterende intervalreeks moet worden opgemaakt. Bij weglating wordt gebruikgemaakt van de tijdnotatie en het scheidingsteken voor decimalen die zijn ingesteld in het besturingssysteem. Bij weglating wordt gebruikgemaakt van de tijdnotatie en het scheidingsteken voor decimalen die zijn ingesteld in het besturingssysteem.
De functie Interval ondersteunt vele opmaakopties voor verschillende tijdstructuren, bijvoorbeeld:
Laad de gegevens en open een werkblad. Maak een nieuwe tabel en voeg dit veld toe als dimensie:
IntervalValue
Maak de volgende metingen:
=Interval(IntervalValue), om de waarde als intervalnotatie weer te geven met behulp van de systeeminstelling.
=Interval(IntervalValue, 'd hh'), om de waarde weer te geven als een intervalnotatie die is opgemaakt volgens de notatie die in de functie is opgegeven.
=Interval(IntervalValue, 'hh:mm'), om de waarde weer te geven als een intervalnotatie die is opgemaakt volgens de notatie die in de functie is opgegeven.
=Interval(IntervalValue, 'd hh:mm'), om de waarde weer te geven als een intervalnotatie die is opgemaakt volgens de notatie die in de functie is opgegeven.
Resultatentabel
IntervalValue
Interval(IntervalValue)
Interval(IntervalValue, 'd hh')
Interval(IntervalValue, 'hh:mm'
Interval(IntervalValue, 'd hh:mm')
0.375
9:00:00
0 09
09:00
0 09:00
1.375
33:00:00
1 09
33:00
1 09:00
35.648
855:33:07
35 15
855:33
35 15:33
36.875
885:00:00
36 21
885:00
36 21:00
368.75
8850:00:00
368 18
8850:00
368 18:00
468.95
11254:48:00
468 22
11254:48
468 22:48
De resultaten laten zien hoe de functie Interval waarden weergeeft volgens de notatieparameter in de functie. In de laatste rij bijvoorbeeld, retourneert de waarde 468.95, indien deze wordt opgemaakt met de functie Interval end e notatieparameter, d hh:mm, de waarde 468 dagen, 22 uur en 48 minuten.
Voorbeeld – Scenario met Interval
Overzicht
Gegevens van supporttickets berekenen de oplostijd per ticket in seconden. U wilt deze waarde converteren naar een andere notatie.
Open de editor voor laden van gegevens en voeg het onderstaande load-script toe aan een nieuwe sectie.
Het load-script bevat:
Een gegevensverzameling die wordt geladen in een tabel met de naam Example.
Laad de gegevens en open een werkblad. Maak een nieuwe tabel en voeg dit veld toe als dimensie:
TicketID
Maak de volgende meting:
=Interval(ResolutionTime / 86400, 'hh:mm:ss'), om de waarden om te zetten naar dagen, door ResolutionTime te delen door 86,400, en vervolgens op te maken volgens de notatie die in de functie is opgegeven.
Resultatentabel
TicketID
Interval(ResolutionTime / 86400, 'hh:mm:ss')
Ticket A
01:12:30
Ticket B
00:09:20
Ticket C
24:00:00
De waarden voor oplostijd die oorspronkelijk in seconden werden geleverd, worden nu geconverteerd naar een fractie van een dag en vervolgens opgemaakt in uren, minuten en seconden. De tabel laat bijvoorbeeld zien dat Ticket B er 9 uur en 20 minuten over deed om te worden opgelost.
Was deze pagina nuttig?
Als u problemen ervaart op deze pagina of de inhoud onjuist is – een typfout, een ontbrekende stap of een technische fout – laat het ons weten zodat we dit kunnen verbeteren!