Gegevensverbindingen toevoegen

Voeg verbindingen toe aan gegevensbronnen die gebruikt kunnen worden bij gegevensanalyses. Er zijn een aantal manieren waarop u gegevensverbindingen kunt maken in Qlik Cloud Analyse.

Nieuwe verbindingen toevoegen

Voor informatie over ondersteunde verbindingen raadpleegt u Analysegegevens laden.

Doe het volgende:

Ga naar de pagina Maken van het Analyse-activiteitencentrum en selecteer Gegevensverbinding.

U kunt ook gegevensverzamelingen toevoegen vanuit uw mini-startpagina's en door te klikken op Nieuwe maken > Gegevensverbinding in Catalogus.
Selecteer een doelruimte voor de verbinding.
Selecteer een gegevensconnector.

Het instellingenvenster dat specifiek hoort bij het geselecteerde type gegevensbron wordt geopend.
Voer de instellingen voor de verbinding met de gegevensbron in.
Klik eventueel op Test verbinding om zeker te weten dat uw instellingen werken.
Klik op Maken.

Andere manieren om gegevensverbindingen toe te voegen

Er zijn veel verschillende manieren waarop u gegevensverbindingen kunt maken in Qlik Cloud Analyse. Het is bijvoorbeeld vaak mogelijk om een verbinding toe te voegen terwijl u specifieke analytische bronnen bouwt.

Gebruikelijke methodes zijn:

Bij het beheren van een ruimte.

Gegevensverbindingen aan ruimten toevoegen
Bij het bouwen van apps en scripts. U kunt Editor voor laden van gegevens, Gegevensbeheer of de interface van Script gebruiken om verbindingen te maken.
Bij het bouwen van een kennisbank in Qlik Answers.

Gegevensverbindingen beheren in ruimten

Voor meer informatie over het beheren van de gegevensbestanden in een ruimte gaat u naar Gegevensverbindingen beheren.

Machtigingen

Of u gegevensverbindingen kunt maken, wordt bepaald door de volgende machtigingen:

Machtigingen die zijn toegewezen door een beheerder.

Machtigingen toewijzen aan gebruikers om met gegevensverbindingen te werken
Ruimtemachtigingen: regel de toegang tot gegevensverbindingen in specifieke ruimten. Zie hieronder voor meer informatie.

Naast de door de beheerder toegewezen machtigingen, bepalen ruimtemachtigingen uw toegang tot verbindingen in gedeelde, beheerde en gegevensruimten. U hebt nog steeds de door de beheerder toegewezen machtigingen nodig voordat u gegevensverbindingen aan een ruimte kunt toevoegen.

Leden van een gedeelde ruimte met een van de volgende rollen kunnen gegevensverbindingen in die ruimte maken:

Eigenaar (van de ruimte)
Kan beheren
Kan gegevens bewerken in applicaties
Kan bewerken

Leden van een beheerde ruimte met een van de volgende rollen kunnen gegevensverbindingen in die ruimte maken:

Eigenaar (van de ruimte)
Kan beheren

Leden van een ruimte die de rol Kan gegevens gebruiken hebben, kunnen ook de gegevensverbindingen in de ruimte bekijken, en zij kunnen de gegevensverbindingen overal gebruiken waar ze de machtiging hebben om apps te maken.

De rol Kan gegevens gebruiken is een rol op ruimteniveau, die leden van een ruimte de machtiging geeft om de in die ruimte opgeslagen gegevensbronnen weer te geven en te gebruiken. Het voordeel van deze rol is dat u gebruikers toegang kunt geven tot gegevensbestanden en gegevensverbindingen in uw ruimte, zonder hen de hogere machtigingen te geven die ze normaal zouden moeten hebben voor toegang tot gegevensbronnen binnen een ruimte.

Voor meer informatie over de vereisten van ruimterollen voor gegevensbronacties, raadpleegt u:

Zie Rollen en machtigingen in gegevensruimten voor informatie over vereiste ruimterollen voor het werken met gegevensverbindingen in gegevensruimten.

Was deze pagina nuttig?

Als u problemen ervaart op deze pagina of de inhoud onjuist is – een tikfout, een ontbrekende stap of een technische fout – laat het ons weten!

Geef hier uw feedback