IBM DB2 for LUW

In deze sectie wordt beschreven hoe u een IBM DB2 for LUW-bron instelt in een gegevenstaak. Voordat u de gegevenstaak start, zorgt u dat u voldoet aan de Vereisten en maakt u zichzelf vertrouwd met de Beperkingen en overwegingen.

Verbindingseigenschappen instellen

Deze sectie beschrijft de beschikbare verbindingseigenschappen. Alle eigenschappen zijn vereist, tenzij anders aangegeven.

Ga als volgt te werk om de connector te openen:

1. Klik in Verbindingen op Verbinding maken.

2. Selecteer de IBM DB2 for LUW-bronconnector en geef de volgende instellingen op:

Gegevensbron

• Gegevensgateway

Selecteer een Gateway voor gegevensverplaatsing om te gebruiken voor het verplaatsen van gegevens.

• Server: Het IP-adres of de hostnaam van de IBM DB2 for LUW-server.

• Poort: De poort via welke u toegang krijgt tot de IBM DB2 for LUW-server.

Accounteigenschappen

• Gebruikersnaam: De gebruikersnaam die nodig is voor toegang tot de IBM DB2 for LUW-server.

• Wachtwoord: Het wachtwoord dat nodig is voor toegang tot de IBM DB2 for LUW-server.

Database-eigenschappen

• Database De IBM DB2 for LUW-brondatabase.
• Maximale buffergrootte voor lezen (KB): het maximum aantal kilobytes dat wordt gelezen telkens wanneer het logboek tijdens CDC wordt geraadpleegd. Als u prestatieproblemen ondervindt, kan het helpen dit aantal aan te passen.

SSL-opties

• SSL inschakelen: Selecteer om SSL in te schakelen
• Sleutelarchiefbestand: (Optioneel) Het sleutelarchiefbestand (die uw persoonlijke sleutel bevat) op de Data Movement gateway-machine. Het bestand moet de CMS-indeling zijn (<bestandsnaam>.kdb), wat meestal de standaardindeling is.
• Opslagbestand: (Optioneel) Een bestand met een versleutelde versie van het wachtwoord voor het sleutelarchief.
• Wachtwoord sleutelarchief: (Optioneel) Het sleutelarchiefbestand kan worden geopend met het wachtwoord dat hier wordt ingesteld of met het opslagbestand dat is opgegeven op het veld Opslagbestand.

CDC-eigenschappen

• Om het vastleggen van wijzigingsgegevens van IBM DB2 for LUW in te schakelen, moet u de brontabellen als volgt maken:

  CREATE / ALTER TABLE table-name …. DATA CAPTURE CHANGES [INCLUDE LONGVAR COLUMNS];

  U kunt Data Movement gateway configureren om deze actie uit te voeren door DATA CAPTURE CHANGES automatisch inschakelen (vereist de beheerdersbevoegdheid) in te schakelen in de connector instellingen of u kunt dit handmatig doen.

• Controleren op wijzigingen elke (sec): Hoe vaak moet de brondatabase worden gecontroleerd op wijzigingen.

Interne eigenschappen

Interne eigenschappen zijn bedoeld voor speciale toepassingen en worden daarom niet in het dialoogvenster weergegeven. U moet ze alleen gebruiken als Qlik Support dit aan u heeft geadviseerd.

Gebruik de knop en aan de rechterkant van de velden om eigenschappen toe te voegen of te verwijderen.

Naam

De weergavenaam voor de bronverbinding.

Een taak van een LRI in een pureScale-omgeving hervatten of starten

Ga als volgt te werk om een taak van een LRI in een pureScale-omgeving te hervatten of starten:

1. Voer de opdrachtregel db2pd DB2 uit om het huidige logboeknummer te bepalen:

   $ db2pd -log -db database_name

   waarbij database_name de naam van uw database is.

   De uitvoer ziet er als volgt uit:

   Database Member 0 -- Database SAMPLE -- Active -- Up 0 days 00:27:02 -- Date 2018-05-23-14.49.45.515600
   Logs:
   Current Log Number            2
   Pages Written                 19
   Cur Commit Disk Log Reads     0
   Cur Commit Total Log Reads    0
   Method 1 Archive Status       n/a
   Method 1 Next Log to Archive  n/a
   Method 1 First Failure        n/a
   Method 2 Archive Status       n/a
   Method 2 Next Log to Archive  n/a
   Method 2 First Failure        n/a
   Log Chain ID                  0
   Current LSO                   57142478
   Current LSN                   0x000000000004FB14
    
   Address            StartLSN         StartLSO    State Size       	Pages      Filename
   0x00007F164E99F090 00000000000429EC 48912001    0x00000000 1000       1000       S0000000.LOG
   0x00007F16511319F0 000000000004901E 52988001    0x00000000 1000       1000       S0000001.LOG
   0x00007F1651132350 000000000004F9A6 57064001    0x00000000 1000       1000       S0000002.LOG
   

   Het recentste (huidige) logboek is nummer 2.

2. Voer de opdracht db2flsn uit om het LRI/ LSN-bereik van dat logboekbestand te bepalen:

   $ db2flsn -db SAMPLE -lrirange 2

   De uitvoer ziet er als volgt uit:

   S0000002.LOG: has LRI range
   00000000000000010000000000002254000000000004F9A6 to
   000000000000000100000000000022CC000000000004FB13

   In de bovenstaande uitvoer is de LRI-waarde "Start From" van de taak als volgt:

   0100000000000022CC000000000004FB13 (d.w.z. de 34 bytes aan het einde van het bereik).

Kan de huidige LSN niet worden opgehaald?

Als u de huidige LSN niet kunt ophalen, kunt u Qlik Talend Data Integration opdracht geven om het logboek te scannen door CurrentLSN=scan op te geven (zoals hierboven beschreven in Interne eigenschappen) in plaats van de huidige LSN.