Gegevenspijplijnen exporteren en importeren
U kunt een gegevenspijplijnproject exporteren naar een bestand dat alles bevat dat nodig is om het gegevensproject te reconstrueren. Het geëxporteerde bestand kan in dezelfde tenant of een andere tenant worden geïmporteerd. U kunt dit bijvoorbeeld gebruiken om gegevensprojecten van de ene tenant naar de andere te verplaatsen of om back-ups te maken van gegevensprojecten. U kunt een gegevensproject ook bijwerken via een exportbestand.
Het bestandsformaat voor exporteren is veranderd van een enkel JSON-bestand naar een ZIP-bestand dat meerdere JSON-bestanden bevat. Het oude JSON‑formaat zal tot 30 januari 2026 ondersteund worden voor import. Om uw JSON-bestanden naar het nieuwe formaat te converteren, kunt u ze importeren en vervolgens exporteren naar het nieuwe ZIP-formaat. Projecten in het oude JSON-formaat kunnen niet via de API geïmporteerd worden.
Gebruikers wordt aangeraden om hun bestaande projecten voor 30 januari 2026 te exporteren naar het nieuwe formaat.
Een gegevensproject exporteren
Ga als volgt te werk om een project te exporteren:
-
Klik in Gegevensintegratie > Projecten op
van het project dat u wilt exporteren en selecteer Exporteren.
-
Open het project, klik in de rechterbovenhoek op
en selecteer Exporteren.
Het project wordt geëxporteerd naar een ZIP-bestand met een bestandsnaam die bestaat uit de projectnaam, het gegevensplatform en een tijdstempel.
Projecten importeren
Deze sectie behandelt het importeren van projecten. U kunt een clouddatawarehouse-project of een Qlik Cloud (via Amazon S3)-project importeren.
U kunt wijzigen welk gegevensplatform u wilt gebruiken met de volgende beperkingen:
-
Het is niet mogelijk het gegevensplatform te wijzigen van een clouddatawarehouse naar Qlik Cloud, of andersom.
-
Het is niet mogelijk om een Snowflake-project dat gebruik maakt van tussenopslag naar cloudbestandsopslag te wijzigen naar een ander gegevensplatform, of andersom.
Voordat u een project importeert
Overweeg het volgende voordat u een project gaat importeren:
-
Maak alle nieuwe verbindingen die u nodig hebt als u naar een nieuwe tenant of ruimte importeert.
-
Als het project SaaS-applicatieverbindingen gebruikt die nog niet bestaan, moet u de verbindingen maken en metagegevens genereren voordat u start met de import.
-
Als u een projectoverschrijdende pijplijn importeert, moet u eerst de upstreamprojecten importeren.
Een clouddatawarehouseproject importeren
U kunt een geëxporteerd clouddatawarehouseproject op dezelfde tenant importeren als waarvandaan het is geëxporteerd, of u kunt het op een andere tenant importeren. Wanneer het project is geïmporteerd in een andere tenant dan de tenant van het oorspronkelijke project, dient u nieuwe verbindingen te definiëren voor het project, het tussenopslaggebied en voor alle gegevensbronnen.
Als het project taken van andere projecten gebruikt, moet u projecten en taken toewijzen, tenzij de namen voor ruimten en projecten identiek zijn.
-
In Gegevensintegratie > Projecten klikt u op Nieuwe maken en selecteert u Project importeren.
-
Voeg het exportbestand toe. U kunt het ofwel in het dialoogvenster plakken of bladeren om het bestand te selecteren.
Klik op Volgende.
-
Stel Projecteigenschappen in voor het nieuwe project.
In Ruimte selecteert u de ruimte waaraan het project moet worden toegevoegd.
In Gegevensplatform kunt u het gegevensplatform van het project en de verbinding met het gegevensplatform wijzigen.
Het wijzigen van de verbinding is vereist als u een project vanaf een andere tenant hebt geïmporteerd of als u het gegevensplatform in de vorige stap hebt gewijzigd.
U kunt de verbinding naar het tussenopslaggebied wijzigen. Dit is vereist als u een project vanaf een andere tenant hebt geïmporteerd of in sommige gevallen als u het gegevensplatform in de vorige stap hebt gewijzigd.
Klik op Volgende.
-
Stel standaard projectinstellingen in voor het nieuwe project.
U kunt in Prefix voor alle schema's een prefix toevoegen aan de gegevensschema's die in het project zijn gemaakt. Dit is handig wanneer het geïmporteerde project in hetzelfde clouddatawarehouse staat als het geëxporteerde project.
U kunt ook een standaardnaam instellen in Databasenaam. Voor Snowflake-projecten kunt u een standaard datawarehousenaam instellen, en voor Databricks-projecten kunt u een standaard catalogusnaam instellen. U kunt de standaardnaam van het project gebruiken voor alle soorten taken, of de naam instellen op standaard of een aangepaste naam voor elk soort taak.
Klik op Volgende.
-
Stel verbindingen en taakinstellingen in.
U kunt de geïmporteerde bronverbindingen of projectoversteijgende bronnen vervangen. Dit is vereist als u een project vanuit een andere tenant hebt geïmporteerd.
In Optionele taakinstellingen kunt u ook taakinstellingen wijzigen die in het oorspronkelijke project overschreven werden.
-
Als u klaar bent klikt u op Importeren.
Het project wordt toegevoegd aan de startpagina van Gegevensintegratie.
Een project importeren met Qlik Cloud als gegevensplatform
U kunt een geëxporteerd Qlik Cloud-project (via Amazon S3) op dezelfde tenant importeren als waarvandaan het is geëxporteerd, of u kunt het op een andere tenant importeren. Wanneer het project is geïmporteerd in een andere tenant dan de tenant van het oorspronkelijke project, dient u nieuwe verbindingen te definiëren voor het project, het tussenopslaggebied en voor alle gegevensbronnen.
Het is niet mogelijk het gegevensplatform te wijzigen van Qlik Cloud naar een clouddatawarehouse naar zoals Snowflake.
-
In Gegevensintegratie > Projecten klikt u op Nieuwe maken en selecteert u Project importeren.
-
Voeg het exportbestand toe. U kunt het ofwel in het dialoogvenster plakken of bladeren om het bestand te selecteren.
Klik op Volgende.
-
Naam
Wijzig de naam van het project. De standaardnaam is de oorspronkelijke projectnaam die als prefix Imported_ heeft.
-
Ruimte
Selecteer de ruimte waaraan het project moet worden toegevoegd. -
Beschrijving
Voeg een beschrijving van het project toe of bewerk deze. -
QVD-bestanden opslaan in:
Selecteer waar QVD-bestanden moeten worden gegenereerd.
-
Door Qlik beheerde opslag
-
Door klant beheerde opslag
Amazon S3-opslag die door u wordt beheerd.
-
-
Gegevensverbinding
Als u Door klant beheerde opslag hebt geselecteerd, kunt u de verbinding naar het Amazon S3-opslaggebied wijzigen.
Dit is vereist als u een project vanuit een andere tenant hebt geïmporteerd.
-
Verbinding met tussenopslaggebied
U kunt de verbinding naar het Amazon S3-tussenopslaggebied wijzigen.
Dit is vereist als u een project vanaf een andere tenant hebt geïmporteerd of in sommige gevallen als u het gegevensplatform in de vorige stap hebt gewijzigd.
-
Klik op Volgende.
-
Verbindingen instellen voor de taken die zijn toegevoegd in de oorspronkelijke versie
U kunt de geïmporteerde bronverbindingen vervangen.Dit is vereist als u een project vanuit een andere tenant hebt geïmporteerd.
-
In Optionele taakinstellingen kunt u taakinstellingen wijzigen die in het oorspronkelijke project overschreven werden.
-
Als u klaar bent klikt u op Importeren.
Het project wordt toegevoegd aan de startpagina van Gegevensintegratie.
Een project bijwerken
U kunt een project bijwerken via een exportbestand. Hiermee worden alle taken in de gegevenspijplijn vervangen, maar verbindingen en instellingen worden niet vervangen. Gegevenstaken die niet zijn opgenomen in het geïmporteerde project worden verwijderd.
U kunt bijvoorbeeld een project importeren dat is geëxporteerd vanuit de ruimte voor ontwikkelingsgegevens naar een project in de ruimte voor productiegegevens om het productieproject bij te werken.
Voordat u start met het bijwerken van het project:
-
Als u een back-up wilt maken van het project voordat u gaat bijwerken, klikt u op
en vervolgens op Exporteren om het gegevensproject te exporteren.
-
U moet alle taken stoppen die worden verwijderd uit de gegevenspijplijn voordat u het project gaat bijwerken.
-
Als het project SaaS-applicatieverbindingen gebruikt die nog niet bestaan, moet u de verbindingen maken en metagegevens genereren voordat u start met de import.
-
Controleer of het geïmporteerde project hetzelfde cloudgegevensplatform, zoals Snowflake, gebruikt.
Ga als volgt te werk om een project bij te werken:
-
Open het project dat u wilt bijwerken.
-
Klik op
en klik vervolgens op Importeren.
-
Selecteer of sleep het bestand dat u wilt importeren.
-
Maak de vereiste wijzigingen voor het koppelen van verbindingen die afwijken tussen het project en het geïmporteerde project.
Het geïmporteerde project kan bijvoorbeeld gebruikmaken van een bronverbinding met de naam SQL1, terwijl dit project een vergelijkbare verbinding met de naam SQL2 gebruikt. In dit geval moet u de geïmporteerde verbinding toewijzen aan SQL2 in Verbindingen instellen voor de taken die in de oorspronkelijke versie zijn toegevoegd.
InformatieBij het selecteren van een verbinding die u wilt koppelen, kunt u wel een nieuwe databaseverbinding maken, maar niet een SaaS-applicatieverbinding.Klik op Importeren als u klaar bent.
Het project wordt nu bijgewerkt op basis van het geïmporteerde bestand. U moet gegevenstaken valideren en synchroniseren die door de import zijn bijgewerkt.
Beperkingen
-
Meldingen worden niet opgenomen wanneer u een pijplijn exporteert. U moet nieuwe meldingen instellen in de geïmporteerde pijplijn.
-
Ontwerp geen pijplijnen die lussen of wederzijdse afhankelijkheden tussen projecten creëren. Het exporteren en importeren van projecten wordt niet ondersteund.