Avg - grafiekfunctie
Avg() retourneert het geaggregeerde gemiddelde van uitdrukking of veld geïtereerd op de grafiekdimensies.
Syntaxis:
Avg([{SetExpression}] [DISTINCT] [TOTAL [<fld{, fld}>]] expr)
Retourgegevenstypen: numeriek
Argumenten:
- expr: De uitdrukking die of het veld dat de gegevens bevat die moeten worden gemeten.
- SetExpression: De aggregatiefunctie aggregeert standaard over de set mogelijke records die wordt gedefinieerd door de selectie. Met de uitdrukking Set-analyse kunt u een alternatieve set records definiëren.
- DISTINCT: Als het woord DISTINCT vóór de argumenten van de functie wordt geplaatst, worden duplicaten die het resultaat zijn van de evaluatie van de argumenten van de functie, genegeerd.
- TOTAL: Als het woord TOTAL voor de functieargumenten staat, wordt de berekening gemaakt op basis van alle mogelijke waarden bij de huidige selecties, en niet alleen de selecties die betrekking hebben op de huidige dimensiewaarde. Dit betekent dat de dimensies van de grafiek worden genegeerd. Na de kwalificatie TOTAL kan een lijst met een of meer veldnamen tussen punthaken <fld> worden opgegeven. Deze veldnamen moeten een subset zijn van de dimensievariabelen van de grafiek.
Beperkingen:
De parameter van de aggregatiefunctie mag geen andere aggregatiefuncties bevatten, tenzij deze interne aggregaties de kwalificatie TOTAL bevatten. Gebruik voor meer geavanceerde geneste aggregaties de geavanceerde functie Aggr, in combinatie met een opgegeven dimensie.
Voorbeelden:
Voorbeeld | Resultaat |
---|---|
Avg(Sales) |
Voor een tabel met de dimensie |
Avg([TOTAL (Sales)) | 53.458333 voor alle waarden van Customer, omdat de kwalificatie TOTAL betekent dat dimensies buiten beschouwing worden gelaten. |
Avg(DISTINCT (Sales)) | 51,862069 voor het totaal, omdat het gebruik van de kwalificatie Distinct betekent dat alleen unieke waarden in Sales worden geëvalueerd voor elke Customer. |
Customer | Sum(Sales) | Avg(Sales) | Avg(TOTAL Sales) | Avg(DISTINCT Sales) | Avg({1}DISTINCT Sales) |
---|---|---|---|---|---|
- | 2566 | 53.46 | 53.458333 | 51.862069 | 53.458333 |
Astrida | 587 | 48.92 | 53.458333 | 43.1 | 53.458333 |
Betacab | 539 | 44.92 | 53.458333 | 43.909091 | 53.458333 |
Canutility | 683 | 56.92 | 53.458333 | 55.909091 | 53.458333 |
Divadip | 757 | 63.08 | 53.458333 | 61 | 53.458333 |
Gegevens die worden gebruikt in voorbeelden:
Monthnames:
LOAD * INLINE [
Month, Monthnumber
Jan, 1
Feb, 2
Mar, 3
Apr, 4
May, 5
Jun, 6
Jul, 7
Aug, 8
Sep, 9
Oct, 10
Nov, 11
Dec, 12
];
Sales2013:
crosstable (Month, Sales) LOAD * inline [
Customer|Jan|Feb|Mar|Apr|May|Jun|Jul|Aug|Sep|Oct|Nov|Dec
Astrida|46|60|70|13|78|20|45|65|78|12|78|22
Betacab|65|56|22|79|12|56|45|24|32|78|55|15
Canutility|77|68|34|91|24|68|57|36|44|90|67|27
Divadip|57|36|44|90|67|27|57|68|47|90|80|94
] (delimiter is '|');
Als u de maanden in de juiste volgorde wilt sorteren bij het maken van uw grafieken, gaat u naar het tabblad Sort van de grafiekeigenschappen en schakelt u het selectievakje Expression onder Sort by in. Schrijf Monthnumber in het uitdrukkingsvak.
Customer | Jan | Feb | Mar | Apr | May | Jun | Jul | Aug | Sep | Oct | Nov | Dec |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Astrida | 46 | 60 | 70 | 13 | 78 | 20 | 45 | 65 | 78 | 12 | 78 | 22 |
Betacab | 65 | 56 | 22 | 79 | 12 | 56 | 45 | 24 | 32 | 78 | 55 | 15 |
Canutility | 77 | 68 | 34 | 91 | 24 | 68 | 57 | 36 | 44 | 90 | 67 | 27 |
Divadip | 57 | 36 | 44 | 90 | 67 | 27 | 57 | 68 | 47 | 90 | 80 | 94 |