Schuiven in visualisaties

U kunt vegen/slepen om te pannen en te schuiven in visualisaties en vervolgens lassoselectie inschakelen om te tekenen en te selecteren.

Bij het werken met visualisaties moet u vaak schuiven om de gegevens te vinden waarnaar u zoekt. Met name op een apparaat met aanraakscherm is vegen de meest natuurlijke manier om te schuiven. U schuift door te vegen naar de gegevens die u wilt selecteren en maakt vervolgens uw selectie. Als u schuift, zijn tekenselectie en lassoselectie uitgeschakeld, zodat het schuiven niet wordt verstoord en niet per ongeluk selecties worden uitgevoerd. De andere selectieopties zijn beschikbaar zoals gebruikelijk.

Lassoselectie gebruiken met schuiven

Als u een lassoselectie uitvoert, verschilt de interactie afhankelijk van welk apparaat u gebruikt.

Interactie op een aanraakscherm

Doe het volgende:

1. Tik op om lassoselectie in te schakelen.

2. Teken om een selectie uit te voeren.

   U kunt opeenvolgende selecties uitvoeren.

3. Bevestig de selectie.

Gebruik vegen met twee vingers als u moeten schuiven en pannen tussen selecties.

Computerinteractie (muis)

Doe het volgende:

1. Druk op Shift en teken om een selectie uit te voeren.

   U kunt opeenvolgende selecties uitvoeren. Lassoselectie blijft ingeschakeld zolang Shift ingedrukt wordt gehouden.

2. Bevestig de selectie.

Alternatieve procedure

Doe het volgende:

1. Klik binnen in de visualisatie zonder een selectie uit te voeren.

   Er worden selectieopties weergegeven boven aan de visualisatie.

2. Klik op om lassoselectie in te schakelen.

3. Voer een selectie uit en bevestig de selectie.

U kunt op klikken om lassoselectie in en uit te schakelen als u moet schuiven en pannen tussen selecties.

Visualisaties waarbij lassoselectie moet worden ingeschakeld

In de volgende visualisaties moet u lassoselectie activeren:

• Staafdiagram
• Boxplot
• Combinatiediagram
• Verdelingsplot
• Lijndiagram
• Kaart
• Cirkeldiagram
• Spreidingsplot
• Structuuroverzicht