Na uitvoering van het script zijn alle foutvariabelen voorzien van een waarde. De eerste variabele, ErrorMode, wordt ingevoerd door de gebruiker en de laatste drie door Qlik Sense met informatie over fouten in het script.
Gebruik de vervolgkeuzelijst bij elke variabele om een korte beschrijving en de syntaxis van de variabele te bekijken. Klik op de variabelenaam in de beschrijving van de syntaxis voor meer informatie.
Deze foutvariabele bepaalt welke actie in Qlik Sense wordt uitgevoerd als bij uitvoering van het script een fout optreedt.
De foutvariabele retourneert het totale aantal opdrachten die fouten hebben veroorzaakt bij de uitvoering van het huidige script. Deze variabele wordt voorafgaand aan de uitvoering van het script altijd op de beginwaarde 0 ingesteld.
Deze foutvariabele bevat een samengestelde lijst van alle scriptfouten die tijdens de laatste uitvoering van het script zijn opgetreden. Elke fout staat op een nieuwe regel.
Als u problemen ervaart op deze pagina of de inhoud onjuist is – een typfout, een ontbrekende stap of een technische fout – laat het ons weten zodat we dit kunnen verbeteren!