De voorwaardefuncties evalueren allemaal een voorwaarde en retourneren verschillende antwoorden, afhankelijk van de waarde van de voorwaarde. De functies kunnen zowel worden gebruikt in het load-script als in diagramuitdrukkingen.
Gebruik de vervolgkeuzelijst bij elke functie om een korte beschrijving en de syntaxis van de functie te bekijken. Klik op de functienaam in de beschrijving van de syntaxis voor meer informatie.
De functie alt retourneert de eerste parameter waaraan een geldige numerieke waarde kan worden toegewezen. Als deze niet wordt gevonden, wordt de laatste parameter geretourneerd. U kunt een willekeurig aantal parameters gebruiken.
De functie class wijst de eerste parameter toe aan een klasse-interval. Het resultaat is een duale waarde met a<=x<b als de tekstwaarde, waarbij a en b de boven- en ondergrens van het bereik zijn, en met de ondergrens als numerieke waarde.
De functie coalesce retourneert de eerste parameter waaraan een geldige non-NULL kan worden toegewezen. U kunt een willekeurig aantal parameters gebruiken.
Met de functie match vergelijkt u de eerste parameter met alle volgende parameters en krijgt u de numerieke locatie van de overeenkomende uitdrukkingen als resultaat. De vergelijking is hoofdlettergevoelig.
Met de functie mixmatch vergelijkt u de eerste parameter met alle volgende parameters en krijgt u de numerieke locatie van de overeenkomende uitdrukkingen als resultaat. De vergelijking is niet hoofdlettergevoelig.
Met de functie wildmatch vergelijkt u de eerste parameter met alle volgende parameters en krijgt u het aantal overeenkomende uitdrukkingen als resultaat. Bij deze functie kunt u jokertekens ( * en ?) gebruiken in de tekenreeksen die worden vergeleken. * komt overeen met een willekeurige reeks tekens. ? komt overeen met een willekeurig enkel teken. De vergelijking is niet hoofdlettergevoelig.
Als u problemen ervaart op deze pagina of de inhoud onjuist is – een typfout, een ontbrekende stap of een technische fout – laat het ons weten zodat we dit kunnen verbeteren!