Tab1:
LOAD Name, Number FROM Persons.csv;
Add LOAD Name, Number FROM newPersons.csv;
|
Tijdens normaal opnieuw laden worden gegevens geladen uit Persons.csv en opgeslagen in de QlikView-tabel Tab1. Gegevens uit NewPersons.csv worden vervolgens samengevoegd met dezelfde QlikView-tabel.
Tijdens het gedeeltelijk opnieuw laden worden gegevens geladen uit NewPersons.csv en toegevoegd aan de QlikView-tabel Tab1. Er wordt geen controle op duplicaten uitgevoerd.
|
Tab1:
SQL SELECT Name, Number FROM Persons.csv;
Add LOAD Name, Number FROM NewPersons.csv (txt) where not exists(Name);
|
Controle op duplicaten wordt uitgevoerd door te kijken of Name bestaat in de eerder geladen tabelgegevens (bekijk de functie exists onder inter-recordfuncties).
Tijdens normaal opnieuw laden worden gegevens geladen uit Persons.csv en opgeslagen in de QlikView-tabel Tab1. Gegevens uit NewPersons.csv worden vervolgens samengevoegd met dezelfde QlikView-tabel.
Tijdens het gedeeltelijk opnieuw laden worden gegevens geladen uit NewPersons.csv die wordt toegevoegd aan de QlikView-tabel Tab1. Controle op duplicaten wordt uitgevoerd door te kijken of Name bestaat in de eerder geladen tabelgegevens.
|
Tab1:
LOAD Name, Number FROM Persons.csv;
Add Only LOAD Name, Number FROM NewPersons.csv (txt) where not exists(Name);
|
Tijdens normaal opnieuw laden worden gegevens geladen uit Persons.csv en opgeslagen in de QlikView-tabel Tab1. De opdracht voor het laden van NewPersons.csv wordt genegeerd.
Tijdens het gedeeltelijk opnieuw laden worden gegevens geladen uit NewPersons.csv die wordt toegevoegd aan de QlikView-tabel Tab1. Controle op duplicaten wordt uitgevoerd door te kijken of Name bestaat in de eerder geladen tabelgegevens.
|